-
1 hij is laat komen aanzetten
hij is laat komen aanzetten -
2 met iets komen aanzetten
met iets komen aanzetten〈 meebrengen〉 s'amener avec qc.; 〈 te berde brengen〉 mettre qc. sur le tapis -
3 ergens laat komen aanzetten
ergens laat komen aanzettenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ergens laat komen aanzetten
-
4 met iets komen aanzetten
met iets komen aanzettenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > met iets komen aanzetten
-
5 met komen aanzetten
-
6 aanzetten
1 [vastmaken] put on ⇒ sew/stitch on4 [meer nadruk geven] accentuate♦voorbeelden:1 een mouw aanzetten • sew on/set in a sleeveiemand tot daden aanzetten • incite someone to actioniemand tot diefstal aanzetten • incite someone to steal♦voorbeelden:♦voorbeelden:1 (een toon) aanzetten • start/produce a tone/note -
7 aanzetten
1 [vastmaken] fixer2 [aansporen] stimuler3 [in werking stellen] mettre en marche4 [meer nadruk geven] accentuer5 [(bijna) tegen iets anders zetten] mettre plus près♦voorbeelden:iemand tot wraak aanzetten • pousser qn. à se venger1 [dik maken] faire grossir♦voorbeelden:met iets komen aanzetten • 〈 meebrengen〉 s'amener avec qc.; 〈 te berde brengen〉 mettre qc. sur le tapis -
8 amener
amener [aamnee]1 (mee)brengen ⇒ (aan-, toe)voeren, meenemen2 ten gevolge hebben ⇒ met zich brengen, teweegbrengen, meebrengen♦voorbeelden:qu'est-ce qui vous amène ici?, quel bon vent vous amène? • wat voert u hierheen?→ mandat♦voorbeelden:1. v1) meebrengen, meenemen2) [iemand] ergens toe brengen4) ophalen [visnet]5) strijken [vlag]2. s'amenerv -
9 pointer
pointer1 [pwẽtur]〈m.〉————————pointer2 [pwẽtee]2 uitkomen ⇒ ontkiemen, te voorschijn komen♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 aantekenen ⇒ markeren, turven, controleren3 spitsen ⇒ puntig, scherp maken♦voorbeelden:pointer des ouvriers • werktijden met een prikklok controleren→ machine1 komen aanzetten ⇒ komen opdagen, verschijnenv3) aanbreken [dag]4) stempelen [werkloze]5) controleren6) richten, wijzen7) spitsen, aanpunten -
10 aankomen
2 [het doel treffen] hit hard3 [komen aanzetten] come (with)5 [bij toeval aanraken] touch, hit ⇒ come up (against)6 [in gewicht toenemen] put on weight7 [neerkomen] come down (to), depend (on)♦voorbeelden:daar komt iemand aan • someone is coming3 en daar kom je nu pas mee aan? • and now you tell me!je hoeft met dat plan bij hem niet aan te komen • it's no use going to him with that plan5 niet/nergens aankomen! • don't touch!, hands off!alles komt op hem aan • it all depends on himiets op het laatste ogenblik laten aankomen • leave something to the last momentII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [gelden, betreffen] come (down) (to)♦voorbeelden:waar het op aankomt • what really mattersals het erop aan komt • when it comes to the crunch -
11 aankomen
1 [arriveren; naderen] arriver2 [het doel treffen] atteindre son but3 [komen aanzetten] s'amener4 [bij toeval aanraken] heurter (qc. contre qc.); 〈 zachtjes〉 effleurer (qc. de qc.)5 [in gewicht toenemen] prendre du poids7 [genezen] reprendre des forces♦voorbeelden:een botsing zien aankomen • prévoir un accidentde bus komt er aan • voilà le bus qui arriveeven bij iemand aankomen • faire un saut chez qn.je hoeft met dat plan bij hem niet aan te komen • inutile de lui soumettre ce projetmet een voorstel aankomen • présenter une propositioniets op het laatste ogenblik laten aankomen • attendre le dernier moment pour faire qc.het op een scheiding laten aankomen • risquer le divorceII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [gelden, betreffen] s'agir (de)♦voorbeelden:1 nu komt het erop aan op te treden • maintenant, il s'agit, il importe d'intervenirnu komt het erop aan • c'est le moment ou jamaishet komt niet op vijf minuten aan • nous n'en sommes pas à cinq minutes près -
12 ankommen
ankommen3 opgewassen zijn ⇒ tegen iemand, iets op kunnen♦voorbeelden:es kommt ihm nicht darauf an • hij vindt het niet belangrijkalles kommt auf die Umstände an • alles hangt van de omstandigheden afes käme auf einen Versuch an • je zou het eens kunnen proberen3 gegen etwas, jemanden nicht ankommen • tegen iets, iemand niet op kunnen4 (bei jemandem) schlecht, übel ankommen • (bij iemand) geen succes hebben; 〈 ook〉 (bij iemand) aan het verkeerde adres zijnder Roman kam beim Publikum gut an • de roman had succes bij het publiek -
13 навязываться с
vgener. met (iets) komen aanzetten (чем-л.) -
14 рассказывать небылицы
vgener. (кому-л.) (iem., iets) op de mouw spelden, grootspreken, met (iets) komen aanzetten, wijsmakenRussisch-Nederlands Universal Dictionary > рассказывать небылицы
-
15 bring in
-
16 quatre
quatre [kaatr]〈telwoord; ook m.〉1 vier♦voorbeelden:le quatre janvier • vier januariun de ces quatre (matins) • vandaag of morgen(se présenter) à quatre • met z'n vieren (komen aanzetten)le quatre sans barreur • de vier zonder stuurman -
17 à quatre
(se présenter) à quatre -
18 навязываться с
vgener. met (iets) komen aanzetten (чем-л.) -
19 рассказывать небылицы
vgener. (кому-л.) (iem., iets) op de mouw spelden, grootspreken, met (iets) komen aanzetten, wijsmaken -
20 opzetten
2 [komen aanzetten] surgir♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [overeind zetten; op het hoofd zetten] mettre3 [m.b.t. dode dieren] empailler4 [+ tegen][opstoken] dresser (qn. contre)5 [op het vuur zetten] mettre (à chauffer, sur le feu)♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский
komen aanzetten
Страницы